Sporen van Rooms Katholieke Ziekenverpleging
 (Bron Groninger archieven Hofmans vertellingen)
Dat er in het Oude RKZ aan de Verlengde Hereweg sporen zijn van de vroegere ‘Rooms Katholieke Ziekenverpleging’ spreekt voor zich. Maar dat dit ook geldt voor het Schuitendiep ligt minder voor de hand. Daar bevindt zich namelijk het enige resterende gebouw van het Oudste RKZ. De overeenkomst tussen dit onderdeel van het Oudste RKZ en het Oude RKZ is dat ze beide zijn ontworpen door de Groningse katholieke architect Van Elmpt.

Het initiatief tot een ‘Rooms Katholieke Ziekenverpleging’ wordt genomen door deken W.F.A. Elsen en pastoor M. Glaudemans. In april 1897 kunnen zij van de erven van Mr. Feith vijf panden kopen aan de Sint Jansstraat, Schoolstraat en het Schuitendiep. Het vinden van verplegend personeel heeft wat meer voeten in de aarde, maar in september van dat jaar slaagt Elsen er in zes zusters van de Tilburgse ‘Congregatie der Zusters van Liefde van O.L.V. Moeder van Bramhartigheid’ te strikken.

Op 28 januari 1898 gaat de ‘Instelling van Weldadigheid onder den naam van Onze Lieve Vrouwe Behoudenis der Kranken’, zoals het RKZ officieel heet, van start. Datzelfde jaar wordt er aan de Schoolstraat al een pand bijgekocht en achter bijgebouwd. Vier jaar later besluit het bestuur van de Rooms Katholieke Ziekenverpleging met algemene stemmen een bouwplan van de katholieke architect Van Elmpt aan te nemen. Hij heeft ter vervanging van de bebouwing aan het Schuitendiep een pand ontworpen voor ‘betalende patiënten, lijdende aan tijphus, wondroos en kroep’. Eind november is deze afdeling voor besmettelijke ziekten - ‘Sint Rochus’ - klaar en neemt het bestuur een kijkje.

De nieuwe ziekenhuisafdeling dreigt in 1916 alweer plaats te moeten maken. Eerst denkt het RKZ de ruimtenood op te lossen door nieuwbouw te plegen achter de huizen van de Sint Jansstraat en nu heeft het Van Elmpt een ontwerp laten maken voor een groot nieuw gebouw aan het Schuitendiep.
Pastoor Eppink is het niet eens met uitbreidingen op de oude locatie. Hij vindt het beter om in Helpman een geheel nieuw ziekenhuis te bouwen. Daar op de Hondsrug is volgens hem goedkoop te bouwen omdat geen fundering nodig is en het is met de tram maar tien minuten vanaf de Grote Markt. Aanvankelijk wil de meerderheid van het bestuur niets weten van verhuizing, maar in 1919 wordt er toch een terrein aan de Verlengde Hereweg gekocht.

Op 19 maart 1923 legt de inmiddels tot deken gepromoveerde Eppink de eerste steen voor het nieuwe ziekenhuis: ‘Positus Anno Domini 1923’. Met de steen wordt een koker met oorkonde ingemetseld. Het ontwerp voor het gebouw is weer afkomstig van architect Van Elmpt. Hij geeft met name het centrale deel van de voorgevel een monumentaal karakter met een natuursteenomlijsting bij de ingang en twee koperen glas-in-lood lampen in Art Déco-stijl.

De officiële opening van het nieuwe ziekenhuis vindt plaats op woensdag 25 maart 1925. De eerste dagen is het ter bezichtiging open voor publiek. Donderdag betaalt men een gulden, vrijdag vijftig cent en zaterdag een kwartje. De meeste van de in totaal 2300 bezoekers komen dan ook de laatste dag en zien een ‘licht en luchtig’ ziekenhuis. ‘Men krijgt een opgewekt en vrij gevoel wat den zieke zeker, in hun lijden, een opbeuring en verlichting zal geven’.

De gebouwen van het oude ziekenhuis worden voor 130.000 gulden verkocht aan de NV Noordelijk Grondbezit. Doordat de NV ook de belendende panden verwerft, kan ze in 1938-’40 aan de Sint Jansstraat en Schoolstraat in twee fasen een groot nieuw bouwblok neerzetten. Van het Oudste RKZ blijven zodoende alleen het in 1902 gebouwde Schuitendiep 3-5 en het in 1905 aangekochte Ommelanderhuis behouden.

Hoewel het nieuwe ziekenhuis veel groter is dan het oude, vinden er ook in Helpman spoedig uitbreidingen plaats. Uiteindelijk strekt het ziekenhuisterrein zich uit tot aan de Van Houtenlaan, maar zelfs dat blijkt niet voldoende.
In 1979 wordt verhuisd naar een nieuw complex aan de Van Swietenlaan.

Doordat het Oude RKZ op de nominatie staat gesloopt te worden, dreigt er van het gebouw weinig meer over te blijven dan de uit de voorgevel gehaalde eerste steen. Krakers weten dit echter te voorkomen en zo is er aan de Verlengde Hereweg, net als aan het Schuitendiep, nog steeds een herinnering aan de vroegere Rooms Katholieke Ziekenverpleging.